Middeleeuwse Paleografie

Dossier № 6: Stadhouder in het nauw

Nationaal Archief Den Haag, Grafelijkheidsrekenkamer, rekeningen 4993, f. 1r

Hertaling

Regest: Rekening opgesteld door Willem van Lalaing en overgegeven aan de Rekenkamer op 8 juni 1445, en opnieuw op 23 september 1445. Rekening gesloten op 23 september 1445.

[Rekening] overgegeven [aan de rekenmeesters] door de heer van Lalaing op 7 juni 1445.

Opnieuw overgegeven op de 23 september van het voornoemde jaar.

Dit is de rekening en de bewijsvoering die de heer van Lalaing overgeeft aan de commissie bestaande uit raadgevers, daartoe aangesteld door mijn genadige heer, en aan de edelen, ridderschap en gedeputeerden door de landen van Holland, Zeeland en [West-] Friesland daar aan toegevoegd. De rekening betreft de ontvangsten en uitgaven die hij heeft gedaan om de vrede te maken tussen de landen en rijken van Denemarken, Engeland, Pruisen en Bremen en om andere spoedeisende aangelegenheden en lasten tussen deze voornoemde landen te regelen, teneinde die in rust, pais en vrede te behouden en daartoe te onderhandelen. Zoals de hier na volgende artikelen dat ieder voor zich weergeven, en zoals dat in de artikelen van de uitgaven nader wordt toegelicht.

Ontvangsten

Eerst rekent de heer van Lalaing ontvangen te hebben van Magister, komende van de boter van Lüdinghausen zoals de artikelen door de genoemde meester met Henriet Venant, dienaar van de voornoemde heer van Lalaing, gerekend, uitwijzen: de som van 130 pond 15 schellingen 10 penningen groten

Eigen hertaling

Als je zelf een poging hebt gedaan om het document te hertalen naar modern Nederlands, wordt deze hieronder uit het browsergeheugen gehaald.