Dossier № 6: Stadhouder in het nauw
Nationaal Archief Den Haag, Grafelijkheidsrekenkamer, rekeningen 4993, f. 1r
Inleiding
We denken altijd dat een stadhouder de baas was, en dat de onderdanen precies deden wat hij zei. Dat was zeker niet het geval, zoals blijkt uit deze rekening.
In 1445 dwongen de Staten van Holland hun stadhouder, Willem van Lalaing, om rekening en verantwoording af te leggen van de uitgaven die hij had gedaan om een vredesverdrag met de Pruisische Hanzesteden te regelen. Dit bleek een explosief stuk, want de heer van Lalaing was corrupt, een vriendje van hertog Filips de Goede en (dus) niet zo van het zorgvuldig rekening afleggen voor een stel burgers uit Holland. Deze tekst bevat het begin van de rekening, met de aantekeningen van de Rekenkamer, de ‘accountant’ die de rekening naliep.
Ook om een andere reden is dit een interessant document. In de kop rechtsboven en in de aantekeningen in de marges wordt duidelijk dat de controle werd uitgevoerd door een professionele rekenmeester,. Helemaal aan het einde van de rekening maakt deze zich bekend als Andries van de Cruce (of de la Croix). Twee jaar later zou hij aan de wieg staan van de Haagse Rekenkamer, de voorganger van de tegenwoordige Algemene Rekenkamer. Hij zou daar tot zijn dood in 1463 als rekenmeester optreden.
Fysieke beschrijving
Rekening, geschreven op perkament, beschreven door verschillende handen in een gotische cursiva.