Middeleeuwse Paleografie

Dossier № 33: Gevaren van de wilde zee

Archief Hoogheemraadschap Rijnland inv. nr. 1.1.1, 855

Inleiding

In de late middeleeuwen voerden de Hollanders een epische strijd met het water. Stukje bij beetje wisten ze het land te ontginnen en de beschermen voor de oprukkende woeste zee. Polders werden aangelegd, dijken gebouwd. Toch? Nou ja, voor een deel waren de problemen door de heldhaftige Hollanders zelf veroorzaakt: bij de ontginnen van de oude veengebieden was het land ingezakt als een soufflé, het veenkussen werd een badkuip. In eerste instantie werd er door de boerengemeenschappen, de zogenaamde ambachten, wat aangemodderd, maar het werd steeds duidelijker dat gecoördineerde actie noodzakelijk was. In 1255 gaf koning Willem II een eerste oorkonde uit aan een 15-tal ambachten. Deze oorkonde geldt als de stichting van het Hoogheemraadschap Rijnland, een soort overkoepelend orgaan dat nog steeds bestaat. Dat was het begin van een ontwikkeling die doorgaat tot vandaag de dag.

De hier besproken oorkonde dateert uit 1286. Willems zoon, graaf Floris V, bepaalt dat er een nieuwe dam mag worden gelegd in het Spaarne en regelt hij het bestuur en de rechtspraak in het gebied ten zuiden van het IJ.

Fysieke beschrijving

Originele oorkonde op perkament. Gezegeld.